Geschiedenis

Friday, December 21, 2007

(Post)industrialisatie

De economie van de Hollanders was de eerste waarin fossiele brandstoffen een centrale rol speelden (Turf). De belangrijkste verbetering kwam in de acht¬tiende eeuw op naam van de Schot James Watt (1736-1819) hij vond een verbeterde versie van de stoommachine uit.

In de kolenmijnen waren het niet de boeren of de arbeiders die het werk verrichtten, maar de machines. Om het water weg te pompen

Van de eerste groep vernieuwingen (1780-1830) profiteerden voornamelijk de textiel- en ijzerindustrie.

De macht en de rijkdom die de industrialisatie opleverde werden natuurlijk opgemerkt door politieke en economische leiders.

Na de nederlaag tegen de Britten in de Eerste Opiumoorlog (1839-1840) probeerden de Chinezen een eigen wapenindustrie op te bouwen.

Het doorslaggevende element in Japan was de staat en zijn onbeperkte steun aan de zware industrie, vooral aan de scheepsbouw, de mijnbouw, de spoorwegen en de ijzer- en staalindustrie. Zij moedigden de plattelandsbevolking aan om de belastingen en verplichtingen aan de landeigenaren te negeren en het particuliere grondbezit te verwerpen.

Het werkritme werd niet langer beheerst door de schema´s en de seizoenen van de landbouw, maar door de klok.

De arbeiders ervaarden de fabrieken als vervreemdend en de grote ongelijkheid in de steden als onrechtvaardig. De arbeiders ontwikkelden geen onderlinge solidariteit en het socialisme kwam niet van de grond.
De mens ontwikkelde zich tot de stuwende kracht achter de biologische evolutie.

De mens bracht ook verandering in de fundamentele biogeochemische cycli van de aarde. Het terugdringen van de luchtvervuiling was een van de speerpunten in de campagnes van de milieubeweging die in de jaren zeventig onder andere in Noord-Amerika, Japan en West-Europa van de grond kwam. Maar in gebieden waar de belangen van de industriëlen of de staat voorrang kregen boven de gezondheid van de burgers, nam de dodelijke milieuvervuiling toe.

In de toekomst zal mogelijk blijken dat deze ecologische onrust, en in het bijzonder de klimaatverandering en de afname van de biodiversiteit, de belangrijkste ontwikkeling in de periode na 1980 was, belangrijker dan de ideologische strijd of de wereldoorlogen.

modernisering

Het begrip ‘modernisering’ verwijst naar de overgang van de traditionele standenmaatschappij naar de moderne samenleving, oftewel de moderniteit.

Kindersterfte was de voornaamste oorzaak van de trage bevolkingsgroei welke nodig was voor de modernisering. De andere oorzaak was de incidentele demografische crises.

Het transport en de communicatie werden beter en sneller, waardoor meer ziekten endemisch werden en de invloed van de epidemieën afnam, In de meeste andere delen van de wereld deed de overgang zich later voor. Hij bevorderde de migratie, naar de steden.

Een van de meest in het oog springende aspecten van de twintigste eeuw was de demografische geschiedenis: de groei en het gedeeltelijke verval, waarin zowel de wetenschap als de sociale veranderingen een belangrijk aandeel hadden.

De wetenschap had een aandeel in de daling van zowel het sterftecijfer als geboortecijfer:
De eerste anticonceptiepil kwam in 1960 op de markt.

De massaslachtingen (oorlog en epidemieën) van de twintigste eeuw hadden weinig effect op de bevolkingsgroei.

Een van de andere kenmerken van de 20ste eeuw was de tomeloze groei van de steden.
In 2000 kon de helft van de wereldbevolking zich stadsbewoner noemen.
Het was wederom een keerpunt in de geschiedenis van de mensheid.

De verstedelijking was tevens de voornaamste oorzaak van de afname van de bevolkings¬groei vanaf 1970.
Zullen de omstandigheden in de steden de inwoners ook in de toekomst ontmoedigen om kinderen te nemen?
In de Verenigde Staten ging de groei van het telegraafsysteem gelijk op met die van het spoorwegstelsel, omdat de telegraaf in dienst stond van de spoorwegen. De verspreiding over de rest van de wereld was gekoppeld aan de groei van het Britse Rijk, dat ook van de telegraaf profiteerde. Over het algemeen verschafte de telegraaf de gebruikers, in de praktijk voornamelijk Europeanen en Amerikanen, een enorm voordeel op het gebied van de kosten, snelheid en betrouwbaarheid van de informatievoorziening.

Tegelijk stimuleerden de stoomschepen en treinen ook de voortgang van de industrialisatie. De omvang van het scheepvaartverkeer zou tussen 1850 en 1910 verviervoudigen.

Er werd goed gebruikgemaakt van de telegraaf, van nieuwe bedrijfsorganisatorische methoden en van de lage prijzen van ijzer, staal en kolen.

In Afrika en Azië diende het spoorwegnet doorgaans doeleinden van de koloniale grootmachten, zoals de bevordering van de export. De treinsporen werden dus veelal tussen de plantages en de mijnen en de dichtstbijzijnde haven gelegd, net zoals in Afrika en Zuid-Azië. De dagen van de handelaren-avonturiers waren voorbij.

Belangrijkste technologische veranderingen in de communicatie en het transport van de:
1870-1940: uitvinding en verspreiding van de telefoon, de auto en de radio (pas vanaf 1920 uitgebreid gebruikt, en dan nog voornamelijk in de VS).
Hetzelfde gebeurde op het gebied van de mode, de muziek, de sport en de kookkunst.
Nu de emancipa¬tie¬strijd gestreden is en in die zin het ´einde van de ge¬schie¬de¬nis´ is bereikt, kan het we¬ten weg¬zak¬ken in de uni¬¬ci¬teit, relati¬vi¬teit en plu¬¬ra¬¬¬¬liteit van het zelf, het ogenblik en de ge¬schie¬de¬nis. En niet de verschillen, maar de overeenkomsten kregen plotseling de aan-dacht.

Bureaucratisering

Bureaucratisering is ontstaan door militair-politieke onrust die heerste in het Mesopotamisch centrum

In het begin betekende dat het individu dat door de koning ambtenaar was geworden dat iedereen hem gehoorzaamde. Hierdoor kon de ambtenaar belastingen heffen voor de koning en recht spreken namens de koning

Door de technologie kon een koning over een steeds groter gebied regeren omdat hij dankzij bijvoorbeeld het schrift zijn wetten kon opschrijven en deze aan zijn ambtenaren geven.


De kracht van rijken in de moderne tijd.
Eurazie-afrika de grote Oceaan en Noord- en Zuid-Amerika waren gebieden met een aantal voordelen:
- De kosten transport waren gering
- Makkelijk om dingen te weten te komen over andere gebieden
- Makkelijk reizen
- Ideeën, goederen en onbedoeld ziekten konden makkelijk worden uitgewisseld
Hierdoor:
- Verdween de culturele diversiteit
- Economische diversiteit bevorderd
- Doeltreffender gebruik van beschikbare middelen

Door dat er verschillende goede transportmogelijkheden ontstonden konden er ook weer grotere rijken ontstaan
De eerste innovatie was de karavaanroute. De karavaanroutes werden vooral gebruikt in de oudheid.
De Romeinen begonnen met bouwen van wegen. Veel van deze wegen zijn de basis geweest van het Europese wegennet. Ook de Inca’s maakte wegen.
Tijdens de bloei van europa werd de zeevaart een belangrijk transport middel. De Europeanen hebben dankzij de scheepvaart bijna de gehele wereld veroverd.
Ook werden er verschillende waterwegen aanlegt zoals het kanaal tussen de Yangzi en de Gele rivier of het waternetwerk in Groot-Britanië.

Voorbeeld van imperiale stagnatie: De Ming regering van China werd aangevallen, en de keizer ontvoerd. Toen de keizer werd vrijgelaten besloten de chinezen om niet meer te gaan rondreizen en te veroveren zoals de Portugezen later deden. Maar besloten ze om de Chinese muur te bouwen om andere volken buiten de deur te houden. Het effect hiervan was dat de technologie zich niet verder ontwikkelde zoals in europa

Doordat de grote europese mogelijkheden door de tweede wereld oorlog geld problemen kregen konden ze hun koloniale rijken niet meer bij elkaar houden. Dit noemt men imperial overstretch.

Democratisering

Atheense Democratie (600-300)
De kenmerken van de Atheense democratie:
- Volksvergadering en de raad
o De Ecclesia werd gevormd door alle mannelijke burgers van Athene boven de twintig jaar;
o Zij kwamen tien maal per jaar samen;
o Kozen samen de raad der vijfhonderd, welke optrad als uitvoerend orgaan;
- Rechtspraak
o Vanuit de volksvergadering werden ook de rechtspraak geregeld.
- Beperkte mandaten
o De magistraten konden maar voor 1 jaar magistraat zijn.
- Verdeling macht en participatie
o Het systeem was er op gericht om de politieke macht zoveel mogelijk te verdelen.


Romeinse democratie (500-44)
Volgens de legende stichten Romulus en Remus de stad Rome; in 509vC eindigt de koningstijd en wordt de stad een republiek. Deze republiek gebaseerd op de Atheense democratie. Waarbij het westelijk deel van het rijk Latijns is en het oostelijk deel grieks. Rond 300 wordt het reik opgedeeld in twee rijken het Latijnse oostelijke deel en het Griekse westelijke deel

Amerikaanse revolutie (1776) en Franse revolutie (1789)
Amerikaanse revolutie (1776)
De Amerikaanse revolutie ontstond omdat de Amerikanen niet meer wouden opdraaien voor de oorlogskosten van Groot Brittannië. Groot Brittannië was in oorlog met Frankrijk en had voor deze oorlog geld nodig. De Amerikanen wouden dit niet betalen Groot Brittannië stuurde een leger naar Amerika om de Amerikanen te dwingen te betalen. Gedurend het conflict dat Groot Brittannië had met de Amerikanen stuurde de Franse koning hulp naar de Amerikanen om ze te helpen winnen van de Britten. De Amerikanen wonnen.
Franse revolutie (1789)
Doordat de Franse koning troepen stuurde naar de Amerikanen had hij geen geld meer. Daarom liet hij de bevolking meer belasting betalen. Alleen de bevolking wou dit niet betalen. En de adel wou de belasting niet innen omdat de koning te veel macht had afgepakt van de adel.

Nationalisme (19de eeuw)
In de negentiende eeuw kwam het nationalisme op. Het nationalisme heeft de wereld oorde flink op de kop gezet. De macht groeide van staten die het nationalisme goed voor hun karretje wisten te spannen. Maar als er teveel nationaliteiten binnen een rijk woonde werkte het nationalisme tegen de regering. Zoals het Habsburgse rijk en het Ottomaanse rijk.

Afschaffing van de slavernij (19de eeuw)
Gedurende de negentiende eeuw werd de slavernij afgeschaft. Als eerste werd de handel in slaven afgeschaft. Dus je mocht er niet meer in handelen maar de slaven wel houden. Dus als je genoeg slaven had kon je de populatie in stand houden. En pas daarna werd het houden van slaven verboden.

Globalisering

Uitwisseling van goederen
De eerste globaliseringslag die plaats vond was de uitwisseling van luxe goederen. Als eerste werden de luxe goederen van oost naar west verhandeld omdat hier het meeste winst mee gehaald kon worden. Denk hierbij aan zijde en specerijen.
De Italianen begonnen de goederen die via het oosten binnen kwamen te verhandelen eerst naar de kust van de zwarte zee (na de verovering van Constantinopel in 1204) en vanaf 1291 begonnen ze de kleine stukjes over de Atlantische oceaan te varen en deden zo ook de havens in het noorden aan.
Ook werden de bevaarbare rivieren van Europa bevaren. Hier over werden vooral alledaagse goederen zoals vis, hout en wol vervoerd. Dit gaf de handel een enorme impuls.
In de vijftiende eeuw waren de europese zeevaarders steeds vaker op de Atlantische oceaan te vinden. Met als hoogte punt in 1942 de ontdekking van Amerika.
De uitwisseling van goederen nam steeds meer toe. Door de industrialisatie kreeg deze weer een grote impuls omdat er op grote schaal goedkope producten gemaakt konden worden. De laatste innovatie die de globalisering een impuls gaf was de zeecontainer (in de jaren vijftig). Deze container geld sinds de jaren zeventig als standaard voor hoe producten vervoerd worden.

Uitwisseling van epidemieën
Door de globalisering van de wereld zijn er verschillende epidemieën uitgebroken:
- Tweede eeuw:
o Rampzalig epidemieën in het romeinse rijk (pokken, mazelen, bof)
- Veertiende eeuw:
o De zwarte dood in Europa en Zuidwest-Azië (in zes jaar sterft een kwart of een derde van de bevolking)
o De pest
- Zestiende eeuw:
o Doordat de europeaanen de nieuwe wereld (Noord en Zuid Amerika) introkken kwam de inheemse bevolking in aanraking met de ziekten uit europa. Hierdoor stierf 50% tot 90% van de bevolking
- Negentiende eeuw:
o Cholera, Tuberculose, Tyfus waren epidemieën die te danken waren aan de slechte hygiëne van de Europeanen
- Twintigste eeuw
o Eerste pandemie door de eerste wereld oorlog van soldaten die terug keerden naar huis.

Uitwisseling van gewassen
Door de globalisering werden ook veel gewassen uit gewisseld. Twee voorbeelden hier van zijn de tulp oorspronkelijk een Chinese bloem en de aardappel oorspronkelijk een Braziliaans gewas.

Uitwisseling van arbeiders
De uitwisseling van arbeiders was de slavenhandel. De slaven kwamen uit Afrika omdat de afrikanen het beste bestand waren tegen het klimaat waar ze aan het werk werden gezet. En omdat er a een bloeiende slavenhandel was in Afrika waar de westerlingen gretig gebruik van maakten.

Antiglobalisering
Door de globalisering werden de verschillende landen van elkaar afhankelijk. Gedurende de eerste wereld oorlog merkte Engeland en andere landen dat ze teveel afhankelijk waren geworden van andere landen. Hierdoor probeerde ieder land weer zelf voorzienend te worden.

Militarisering

Ten tijde van de eerste beschavingen (steden) waren de leiders van deze beschavingen priesters. Naarmate er steeds meer voedsel werd opgeslagen in deze steden trokken de steden meer plunderaars aan. Om deze plunderaars te verslaan kwamen langzaam de eerste strijders op. Doordat de strijders de steden beschermde kregen deze steeds meer macht. Waardoor de strijders langzaam zelf de leiders van de steden werden.
Drie belangrijke innovaties voor de militarisering

1) De strijdwagen, De strijdwagen had het zelfde effect op de vijand toen zoals nu de tanks op de vijand hebben. Maar dit is niet enigste overeenkomst tussen de strijd wagen en de huidige tank. Ook de snelheid en de bewegelijkheid waarmee je naar de vijand kan trekken waren ongeëvenaard in de oudheid.
2) infanteristen, De infanteristen drongen de strijdwagen elite terug doordat deze klasse gebruik maakte van het goedkope ijzer waarmee zij wapens en schilden.
3) boogschutters te paard, Doordat de steppe volken leerde hoe zij op een paard met een boog konden schieten werden deze steppe volken een bedreiging voor de stad staatjes.

De oude Grieken hebben de falanx ontwikkelt, de falanx is het systeem dat iedereen schouder aan schouder staat en als een geheel naar de vijand marcheert. Hier mee ontdekte de Grieken dat je meer kon bereiken als je samen werkte dan alleen.
Tijdens de middel eeuwen komt in europa de ridder cultuur op.

Eerste wereld oorlog, De eerste wereld oorlog was de eerste totale oorlog. Dat wil ze dat alles en iedereen van het land dat in oorlog is mee moest werken aan de oorlog. Dit kon zijn op het front of werken in de fabrieken.

Tweede wereld oorlog, In de tweede wereld oorlog hebben de twee As mogendheden gegokt en hadden ze allebei mis gegokt.

1) Duitsland, gokte er op dat als ze de Sovjet Unie aan vielen en Moskou zouden veroveren dat de Sovjet Unie niet meer terug aan zou vallen.

2) Japan viel Amerika aan met de aanval op Pearl Harbor aan. Door de hele vloot van de Amerikanen onklaar te maken gokten de Japanners er op dat zij een rijk konden stichten in de tijd dat de Amerikanen hun vloot herstelden dat de Amerikanen niet meer durfde aan te vallen.

Koude oorlog, De koude oorlog was de oorlog waarbij Amerika en de Sovjet Unie tegen over elkaar stonden. Alleen in de koude oorlog is niet gevochten daarom heet het ook de “Koude” oorlog.

Monday, September 04, 2006

Eerste les wereld geschiedenis.

In het eerste college van wereldgeschiedenis is er gesproken over religie. In dit college zijn drie punten over religie naar voren gekomen. Deze punten waren: Dat religie soms de ontwikkeling versneld en anderzijds de ontwikkeling vertraagt. Het tweede punt was dat de strijdt tussen de kerkelijke macht en de wereldse macht van alle tijden is. Als laatste werd er aan gegeven dat er in iedere religie verdraagzame en agressieve stromingen zijn.

Sommige van de voorbeelden die werden aangegeven spraken bijna tot de verbeelding als deze uitspraken geplaatst zouden worden in ons tijdsbeeld. Zo werd er bijvoorbeeld gesproken over een verdraagzame moslims, en agressieve boeddhisten. Hieronder zal ik in het kort vertellen waar de voorbeelden overgingen.

“De verdraagzame moslim:

In het oude moslimrijk maakte het niet uit welk geloof je had. Alleen wanneer je geen moslim was moest je belasting betalen.”

“De agressieve boeddhist:
In de middel eeuwen zijn de boeddhisten op de Japanse eilanden in de verdrukking gekomen, hierdoor vaardige de monniken een wet uit waardoor vele christelijke missionarissen zijn vermoord en het land uit zijn gedreven om zo het boeddhisme te beschermen”

Tegenwoordig blijf je het ook nog terug zien dat er binnen een religie er agressieve en niet agressieve stromingen zijn.

Het bekendste voorbeeld hiervan is misschien wel de conflicten in Noord Ierland. Overal ter wereld kunnen katholieken en protestanten goed naast elkaar wonen. En zijn ze verdraagzaam alleen in Noord Ierland zijn de stromingen niet verdraagzaam.

Een ander voorbeeld is het huidige Irak waar verschillende stromingen van de islam elkaar en zichzelf aan het bestrijden zijn namelijk de soennieten en de sjiieten. De reden dat de soennieten en sjiieten met elkaar over hoop liggen is de ideeën die bij de kanten hebben over de islam.